Als we in een debat belanden, of zelfs in een ruzie, zou de eerste stap moeten zijn om vast te stellen dat we het wel echt oneens zijn, en over wat.
We voelen ons dan snel onbegrepen, en dat zou reden moeten zijn om vast te stellen of we de ander wel goed begrijpen. De eerste vraag is dan of we het standpunt van de ander zelf kunnen verwoorden, op een manier waar de ander achter kan staan. Als we dat kunnen, dan weten we ook zeker of we het wel echt over het zelfde onderwerp hebben.
Daarna komen vragen als waarom we ons standpunt innemen. Welke bronnen we als betrouwbaar zien, bijvoorbeeld, en welke waardes voor ons het zwaarste wegen. Een andere vraag is wat maakt dat dit onderwerp ons zo sterk raakt dat we gemotiveerd zijn er over in debat gaan; we kunnen de ander natuurlijk van van alles betichten op basis van diens standpunt, maar misschien raakt ons eigen standpunt ook wel aan hoe we onszelf zien.
Dat soort vragen nodigt Good Faith Conversations onze sprekers uit te beantwoorden in een gemodereerd dialoog. Per aflevering nodigen we twee sprekers uit, één aan iedere kant van de onderzoeksvraag, om te kijken hoe dicht we bij begrip kunnen komen. Het is niet dat GFC niet geïnteresseerd is in de waarheid, of in het beste doen, meer dat het eens worden over de exacte aard van het meningsverschil een vereiste lijkt voor een latere, hopelijk gezamenlijke, zoektocht naar die waarheid.